DeathWalker
Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.



 
IndexPortalLaatste afbeeldingenZoekenRegistrerenInloggen

 

 Luck is not on my side

Ga naar beneden 
3 plaatsers
AuteurBericht
Morten
Living
Living
Morten


Aantal berichten : 79
IC Posts : 4
Registratiedatum : 12-10-13

Character sheet
Leeftijd: 17
Chance of Survival: High enough
Partner: All my sour-sweet days I will lament and love

Luck is not on my side Empty
BerichtOnderwerp: Luck is not on my side   Luck is not on my side Emptydi okt 29 2013, 21:48

keep on running out of

ammunition

offender of the fire

De teerheid van najaarslucht en geur van dennen begroette Morten aan bijna het eind van de snelweg. De dennen langs de weg waren nat door de vroege ochtend regen. Druppels glinsterden door de zonnestralen die zwakjes schenen op het oppervlak. Morten's kleding was nog vochtig en klamp van de regen. Gelukkig was het niet al te koud en hoefde hij niet klappertandend zijn 'reis' te maken. Langzaam cruisend op zijn penny board bewoog hij zich soepeltjes over de high way. Af en toe zette hij met zijn voet af voor meer snelheid. En dan te bedenken dat hij er zwaar tegen op zag om op pad te gaan. Vroeg in de ochtend besloot hij Fresno voor een tijdje te verlaten. Om een of andere reden was de stad drukker dan normaal? Het was ineens moeilijker om over straat te gaan. Om elke hoek waren er groepen hongerige walkers. Te gevaarlijk dus om naar voedsel te zoeken. Andere plekken waar hij kon gaan zoeken was in het bos en in een dorpje genaamd Bakersfield. Nou in het bos zou hij weinig succes hebben aangezien hij niet kan jagen. Dus Bakersfield it is. Het enige waar hij dus tegenop zag was de reis. Met de auto was het uiteraard geen probleem, helaas moest Morten met de voet. Zodra het licht was geworden was hij vertrokken zodat hij op zijn minst nog voor het donker zijn bestemming zou bereiken. Voor op de high way had hij zijn penny board meegenomen. Deze was kleiner dan een skateboard dus gemakkelijker om mee te nemen. Door het bos moest hij echter te voet gaan. Stukken van de high way waar veel stilstaande auto's stonden, was hij het bos ingegaan. Niet alleen om walkers te vermijden, maar ook gewoon omdat hij het naar vond om langs de lijken te lopen. Bovendien bracht het herinneringen op. De beelden van de walkers die plotseling op de high way verschenen en mensen levend verslonden flitste voor zijn ogen de moment dat hij alle stilstaande auto's zag staan. Vanaf dat moment ging hij direct het bos in bij het zien van auto's. Het zat nog te fris in zijn geheugen.

Wie had ooit gedacht dat hij van simpel cruisen op zijn penny board even het gevoel van geluk kon hebben. Tegenwoordig waren het de simpele dingen die een mens blij kon maken. In deze barre tijd ben je blij om een warme douche, fijne slaapplek en eten. De dingen die eigenlijk voor het zeggen waren vroeger. Al die 'luxe' nu is moeilijk te verkrijgen, je moet er eerst hard voor werken en zelfs je leven riskeren. Het was niet anders, alleen een maand geleden had Morten nooit gedacht dat dit ooit zou gebeuren. Het verbaasd hem eigenlijk ook nog dat hij probeert te overleven. Op sommigen momenten ziet hij echt het nut niet van zijn pogingen. Dan wenste hij dat hij een pistool met één kogel die bestemt was voor zichzelf. Natuurlijk weerhield de gedachte aan zijn ouders en broer hem en het feit dat hij geen pistool heeft.

In de verte tegen de helderblauwe lucht zag hij huizen staan. Eindelijk, hij had Bakersfield bereikt. Na misschien wel 5 uur onderweg te zijn? Het laatste stukje snelweg reed hij af op zijn penny board, die de reis en stuk dragelijker maakte. Ondanks dat het een kleine board was, droeg het toch al het gewicht van Morten op de kleine wieltjes. Zodra hij de snelweg afkwam, stapte hij af en pakte zijn penny board op. Het was uiteraard leeg dat was het eerste dat hem opviel. De straat die hij in was gegaan bestond alleen uit leegstaande huizen die er maar eng bij stonden. Een echte spookstad. Het duurde niet lang voordat hij zijn board weer neergooide en er weer opstapte om er verder op te rijden. Zo te zien waren er geen walkers. Zodra hij de straat uit was, sloeg hij de hoek om vervolgens in een soort winkelstraatje te komen. Ah, hier moest die zijn. Zijn donkerbruine kijkers gingen van links naar rechts, terwijl hij overwegend nadacht naar welke winkel hij eerst zou gaan. De apotheek was de eerste winkel, hij kon medicijnen meenemen en andere dingetjes die misschien wel van pas zouden komen als hij gewond zou raken. Voorzichtig duwde hij de deur open om zo min mogelijk geluid te maken en hopelijk zo ook geen walkers die er kunnen zijn, aan te trekken. Terwijl hij een Sai uit zijn riem trok, liep hij door de ruimte en ging langs de kasten totdat hij geen walker bespeurde. Mooi, nu kon hij rustig zijn gang gaan. Zijn ogen zochten rond, zijn handen pakkende wat hij nuttig vond om mee te nemen. Antibiotica, paracetamol, pleisters, verband en nog meer noodzakelijke dingen. Niet te veel echter, hij had nog ruimte nodig in zijn rugzak voor eten.

Na het 'plunderen' van de groenteboer naast de apotheek, vond Morten het wel goed zo. Genoeg ingeblikt voedsel voor even. Hij zal wel een keer teruggaan om meer mee te nemen. Zijn rugzak was flink aan gewicht toegenomen en hing zwaar aan zijn schouders. Gelukkig, was hij het wel gewend, klagen hoorde je hem zeker niet. De deur van de groenteboer duwde hij geluidloos open en sloot deze ook weer voorzichtig. Zijn ogen werden direct getrokken door de groep walkers die kreunend en steunend de straat door strompelden. Het was geen grote groep, maar bestond als nog uit een stuk of 8 walkers. "Shit." Vloekte Morten zacht, want zodra hij naar buiten kwam, werd hij opgemerkt door de walkers. Hier had hij echt geen zin in, direct maakte hij zich uit de voeten. Hij trok een flinke sprint de dichtstbijzijnde steeg in. Tot zijn verschrikking liep de steeg dood en op de grond verschenen de schaduwen van de walkers al. Hij draaide zich om en deed stap achteruit. Denk Morten, denk. Vliegensvlug zochten zijn ogen de omgeving af, onmiddellijk kwam een soort ladder die naar het dak leidde van een gebouw in zicht. Nog voordat de walkers de ladder konden bereiken, sprong hij erop en greep met een hand een stang vast. In zijn andere hand had hij zijn penny board, hij had nog geen tijd om deze te bevestigen aan zijn rugzak. Dat werd met één hand klimmen. Zodra hij zijn voet optilde om de ladder op te klimmen, voelde hij een ferme hand rondom zijn enkel vastgrijpen. Één van de walkers was lang genoeg om Morten vast te grijpen. Door de onverwachte stevige grip, raakte Morten licht in paniek, hij wilde zich lostrekken, maar de walker bleef stevig vasthouden. De andere walkers hadden zich om de ladder heen verzameld. Hij kon zo niet ontsnappen, tevergeefs deed hij nogmaals een poging om zijn voet los te rukken. Zijn arm raakte vermoeid, de zware rugzak maakte het ook niet beter op. Een andere walker had zijn weg gevonden naar de ladder en begon deze op te klimmen om zo de andere voet te grijpen. De plotselinge gewicht die Morten met één arm moest dragen, hield hij niet. Zijn vingers verloren grip op de stang en plots begon alles te draaien. De kreunen van de walkers klonken hol en echoënd in zijn oren. Tot hij neerkwam met een doffe klap. Hij voelde iets langs zijn arm sijpelen, had hij zich opengehaald? Waar zijn de walkers die hem nu eigenlijk moeten opeten? Een stem? Zijn lichaam voelde verlamd aan en helder denken kon hij niet. Alles draaide en was wazig. Langzaam sloten zijn ogen en werd het zwart.

/sorry voor de eventuele scheve zinnen of spellingsfouten of raar gebruik van woorden, too lazy to fix it x_x und this is open for errybody!
©
Terug naar boven Ga naar beneden
Alicia
Living
Living
Alicia


Aantal berichten : 85
IC Posts : 7
Registratiedatum : 25-10-13

Character sheet
Leeftijd: 34
Chance of Survival: None. I usually kill zombies. How 'bout you?
Partner: Should I worry you've been bitten? How come you're not here?

Luck is not on my side Empty
BerichtOnderwerp: Re: Luck is not on my side   Luck is not on my side Emptyzo nov 10 2013, 04:37

Bakersfield. Alicia was hier vroeger vaak geweest om even aan de drukte van Fresno te ontkomen. Bakersfield was niet echt een piepklein dorpje, maar vergeleken met de grote stad verderop was het hier rustig genoeg om even tot rust te komen. Het was hier altijd relatief netjes geweest: weinig misdaad, degelijke winkels, mooi onderhouden wegen en parken, et cetera.
Het leek nu meer op een spookstad. Al de winkels waren geplunderd achtergelaten, het leek wel of geen enkele ruit meer intact was, en de eens zo strakke grasperkjes en rommelvrije trottoirs waren nu door onkruid overwoekerd. Maar dat was nog kinderspel vergeleken met het andere wat hier nog te vinden was: dood.
Overal lagen lijken. Er lagen lichamen midden op de weg, op de trottoirs, achter afvalbakken en in steegjes. Er was dood en verderf op elke hoek van elke straat. Er was geen ontkomen aan. De lichamen die overal verspreid lachen waren veelal opengereten, met tanden van zombies of door mensenhanden, dat viel niet te zeggen, of misten ledematen.
Maar het ergste was de stank. Bakersfield stonk een uur in de wind. Al die ingewanden die overal te vinden waren, verspreidden niet bepaald een lelietjes-van-dalen geur.
Alicia trok een lelijk gezicht toen de stank van de dood haar neus bereikte op het moment dat zij met haar motor de stad binnenkwam rijden.

Nadat ze haar motor geparkeerd had op een zombievrije plek, was verder de binnenstad in gelopen. De motor meenemen naar het centrum zou te veel lawaai maken, en dat kon ze nu niet gebruiken. Ze had nieuwe voorraden nodig, anders zou ze wel heel zielig aan haar einde komen. Verhongeren tijdens een zombie-Apocalyps. Ze moest er toch niet aan denken.
En daarom was ze naar Bakersfield gekomen. Ze had zich een tijdje schuilgehouden in Fresno, maar daar had ze ook niet langer kunnen blijven. De stad was te gevaarlijk. Daarna was ze over de Highway gaan reizen in de hoop daar wat te kunnen vinden. De voorraden die er nog waren, waren ook beperkt gebleven. En dan bleef er nog maar een optie over. Bakersfield.
Ze haalde het geweer dat ze bij zich droeg van haar rug en hield het in twee handen vast, klaar om te schieten. Ze vertrouwde het hier voor geen meter. Ze was nog geen ondode tegengekomen sinds ze hier was, maar dat zou vast niet lang zo blijven. Ze kon maar beter voorbereid zijn.
Behendig klom ze door een ingeslagen raam van een of ander klein winkeltje dat levensmiddelen verkocht. Een snelle blik naar binnen had haar verteld dat hier nog wel wat bruikbaars lag. Snel griste ze wat blikjes vis bijeen en propte ze in haar tas. Haar blik viel op een uitgevallen koelbak. Er lagen nog een paar flesjes frisdrank in. Ook die nam ze mee. Vis en cola; kon niet beter.

Eenmaal buiten viel een eigenaardig scenario haar blikveld binnen. Een paar panden verderop kwam een jongen van nog geen twintig uit een gebouw lopen. Hij werd echter gelijk opgemerkt door een groep van zes, zeven zombies. Alicia kon het aantal klauwende wezens niet goed inschatten, maar ze had wel door dat de jongen in de problemen was. De zombies kwamen al op hem af. De jongen had het in de gaten en vluchtte een steegje in, maar de gedrochten kwam achter hem aan.
Alicia vloekte binnensmonds, als zij niet hielp zou hij het niet overleven. Met haar hulp had hij misschien nog een kansje. Ze bedacht zich niet langer en rende achter de eigenaardige optocht aan. Als het te gevaarlijk zou worden was ze weg. Ze richtte haar geweer, bleef stilstaan en schoot. Beng!
“Fuck,” siste ze. Mis. Ze probeerde het nogmaals. Beng! Raak. De geraakte zombie stortte neer, maar de anderen renden achter de jongen aan de steeg in. Alicia had geen keuze, de monsters verdwenen uit haar vizier.

Toen ze de zombies weer in zicht kreeg, had ze gelijk door in wat voor problemen de jongen verkeerde. De steeg liep dood!
De blonde jongen had nog geprobeerd een ladder op te klimmen, maar een lange zombie had zijn voet gegrepen, en hij scheen hem niet van zich af te kunnen trappen.
“Fuck,” siste ze nogmaals toen ze haar geweer weer richtte. Twee zombies gingen neer. Maar Alicia had gezien dat de groep nu nog met vijf was. Dat was nog steeds te veel!
Toen, in een fractie van een seconde veranderde het hele scenario. Drie van de overgebleven zombies richtten zich tot Alicia, die nu toch wel erg veel lawaai had gemaakt, en kwamen op haar afstormen zoals alleen zombies dat kunnen.
“Fuck,” siste ze een laatste keer.
Toen viel de jongen.
Terug naar boven Ga naar beneden
Daniel
Living
Living
Daniel


Aantal berichten : 29
IC Posts : 3
Registratiedatum : 02-11-13
Leeftijd : 30

Character sheet
Leeftijd: 25
Chance of Survival: Ask him
Partner: for you I bleed myself dry...

Luck is not on my side Empty
BerichtOnderwerp: Re: Luck is not on my side   Luck is not on my side Emptyzo nov 10 2013, 05:42

In bijna stilte gleed de auto over de verlaten weg, vermeed de andere auto’s die eenzaam achtergelaten waren om leeg geplunderd te worden. Met een scherpe boog draaide het zilveren voertuig om een omgevallen lantaarnpaal heen. De verkeersborden gaven aan dat over 500 meter een afslag zou zijn. “Fresno Next Left” 485 meter later, het linker knipperlicht begon te knipperen en de auto sloeg af. Niet dat het knipperlicht nodig was. Er was geen enkele andere auto te zien. Het bekende vervoersmiddel reed de hoofdstraat in. Het was doodstil. Verlaten was het niet. Nee, er stond één persoon midden op straat. Een vrouw, met lang bruin haar en hazelnootbruine ogen. De auto reed tot 30 meter voor de vrouw en bleef staan. De motor sloeg af en alles was stil. De vrouw zag de silhouet van een man in de auto. Hij bleef doodstil zitten. Een gorgelende gil verliet de, met bloed gevulde, mond van de vrouw. Ze kwam in beweging. Met een vreemde scheve houding stak ze haar armen naar voren en stormde op de auto af. Op hetzelfde moment kwamen uit elke steeg en straat, elke winkel en gebouw honderden Walkers op de auto af rennen. De lucht vulde zich met een angstwekkend geluid van de monsters. Allemaal even rottend als de jonge vrouw. De bestuurder stapte kalm uit, strekte zijn armen, sloot zijn ogen en richten zijn gezicht op naar de lucht. Ze kwam steeds dichterbij, de jonge dode vrouw, in een hongerige razernij voor het verse vlees dat zich liet aanbieden. “Neem me mee mijn liefste..” Fluisterde hij zacht. Nog een meter en ze kon haar honger stillen met haar klauwende handen en gulzige tanden. Hij wierp een laatste blik op de vrouw, en vlak voor ze hem te pakken greep om zich in zijn nek te boren zei hij op een zachte toon. ‘Anne…’

Met een ruk schoten zijn groenblauwe ogen open. Zijn pupillen verwijde zich in het donker om hem heen. Zijn ogen sluitend veegde hij het koude zweet van zijn voorhoofd. Een diepe zucht verliet zijn longen. Daniel had steeds vaker last gekregen van deze nachtmerries. Hoe dichter hij bij Fresno kwam, hoe erger ze werden. Deze keer was ze duidelijk een walker geworden. Hij wist dat het niet waar was. Dromen waren beelden van je onderbewustzijn. Hij had genoeg gruwelijke taferelen gezien onderweg. Mensen die werden opgegeten door hordes van die ondode. Mensen die hem dierbaar waren. Zijn maatje Jaime, een gat door zijn hoofd en een rokende gun in zijn hand. Bloed overal. Hele steden overlopen. Of juist helemaal verlaten. En dat in combinatie met haar… zijn angst voor haar leven. Dan kon je niet anders dan zulke dromen hebben. En hoe dichter hij bij haar kwam, hoe erger het werd. Maar in Fresno zat hij nu niet. Nee, hij bevond zich inmiddels in Bakersfield. Nadat hij San Francisco was ontvlucht waren de wegen naar Fresno afgesloten. Waarom wist hij niet, maar hij werd er niet door gelaten. Hij moest helemaal omrijden via Bakersfield. Gisteren was hij aangekomen en had zich verschanst in een verlaten woning. Hij lag nu op zolder, starend naar de spijlen van het stapelbed boven hem. Zijn dekens van zich af schoppend kwam hij overeind. Hij wreef zijn slaperige ogen uit en stond op. Het raam, dat hij opende, liet weer het vroege ochtend licht en frisse lucht binnen. Het muffige kleine zoldertje was niet veel soeps. Er stond een hoop rommel van de vorige bewoners, dozen vol speelgoed, oude kampeer spullen, foto albums, dia’s en een diadraaier. Voor de deur stond een grote zware kast geschoven. Je wist maar nooit, sommige walkers hadden hun weg naar de gekste plekken gevonden. Uit een veldfles liet hij wat water in zijn hand lopen, wat hij in zijn gezicht splashte en over zijn nek veegde. Hij stonk naar zweet en voelde zich plakkerig. Niet dat hij er veel aan kon doen. Je wassen was nou niet de eerste prioriteit in deze dagen. Hij borg zijn fles op en pakte wat te eten. Het was niet veel wat hij bij zich had, maar genoeg voor een paar dagen. Na het eten verzamelde hij zijn spullen bij elkaar en schoof de kast weg.

Zijn gun in de aanslag sloop hij de trap af. Het was doodstil, maar dat hoefde niks te zeggen. Na een check wist Daniel zeker dat het huis nog steeds leeg was. De keuken had hij gisteren al doorzocht en leeg gehaald. Een lege keuken en een gevulde rugzak. Zo zacht mogelijk schoof hij het dressoir bij de voordeur vandaan. Een fluitend geluid klonk uit de huiskamer. Daniel draaide zich behoedzaam om en sloop terug naar het centrale punt van het huis. Het was de schoorsteen. De wind speelde met de smalle ruimte en maakte een het griezelige geluid. Daniels oog viel op het zwarte standaard naast de zwartgeblakerde openhaard. De langwerpige puntige voorwerpen zouden goed van pas komen. En hij greep twee vuurpoken. Eentje had gewoon een lange dunne punt, de andere was aan het einde gebogen in een L-vorm. Met de twee nieuwe wapens liep hij naar buiten. Daar gooide hij zijn tas op de achterbank van zijn zilveren Citroën DS5, die hij niet zo lang geleden voor een koopje had gekocht. Tweedehands natuurlijk. Zo rijk was hij nou ook niet geweest. Hij stapte in, startte de auto en reed weg. Het was weer doodstil op straat. Alsof er hier geen enkele Walker was. Daniel wist wel beter. Gisteren was hij bijna een horde in gereden. Ze hadden zich tegoed gedaan in de stad, en dat kon je duidelijk zien. Overal lag de dood en dat kon je duidelijk ruiken. Daniel probeerde het altijd te negeren maar dat was niet erg makkelijk. Met een zacht ronkende motor zocht hij zijn weg door de stad. Hij wilde vandaag nog weg uit deze gevaarlijke plek.

En als zijn richtingsgevoel niet zo belabberd was, zou hij waarschijnlijk ook al halverwege bij Fresno zijn. Maar nee hoor. Daniel was de weg kwijt. Hij reed nu al een uur door de kleine stad. Hij had sommige weggetjes moeten vermijden omdat de Walkers zich daar hadden verspreid. Het leek bijna alsof ze hem bewust tegen hielden. Gefrustreerd gromde hij en draaide aan zijn stuur om dwars over een grasveld te rijden. Alsof de politie hem nu zou aan houden, grinnikte hij. De zilveren auto draaide een brede straat in en remde abrupt. Aan de andere kant van de straat stormde een groep Walkers op een jongen af. Een gevoel van paniek besprong hem. Wat moest hij doen?! Hem helpen natuurlijk maar hoe! De jongen was een steegje in en uit zijn zichtveld gerend. De zombies waren hem natuurlijk achterna gegaan. Uit het niets kwam ook een blonde vrouw de straat op rennen en schoot met haar wapen op de brullende monsters. Zijn ogen werden groot van verbazing. Wat gebeurde hier in godsnaam! Ze had een van de wezens geraakt maar de rest rende gewoon verder de steeg in. Ze rende ze achterna en loste nog wat schoten de steeg in. Daniel moest helpen, de groep was te groot voor hun twee en hij had een auto! In de hoogste versnelling stoof hij op het tafereel af, waarvan de helft niet te zien was omdat het zich in een steegje af speelde. Hij was er bijna, toen er opeens 3 Walkers, uit de steeg, op de vrouw afkwamen rennen. Met vol gas ramde hij, vlak voor de vrouw, tegen de monsters aan die een paar meter weg werden geslingerd. Sommige verloren wat ledenmaten maar of ze dood waren wist Daniel niet. Hij sprong uit de auto, met de twee poken in zijn hand. “Stap in!” riep hij naar de vrouw en draaide zich om naar de steeg. De blonde jongen lag op de grond, onder een trap en de laatste twee Walkers strompelde op hem af. “HEY!” brulde Daniel om hun aandacht te trekken en rennende op ze af. Één Walker draaide zich om en kwam op hem af lopen. Met een krachtige stoot boorde hij een pook door de schedel en rende meteen door naar de jongen. De laatste Walker had zich als op hem laten vallen en wilde net een hapje van het verse vlees nemen, toen hij opeens weg werd geduwd. Met zijn tanden klapte hij op het asfalt. Bloed spetterde in de rond en ook deze Walker kreeg de punt van een pok in zijn hersenpan geslagen. Levenloos bleef hij liggen. Daniel boog zich over de jongen die er half bewusteloos bij lag. “Wakker blijven. Je bent veilig nu.” Vlug pakte Daniel de jonge op en liep terug naar de auto, waar hij hem op de achterbank legde. Net als zijn rugzak en kleine skateboard. Hij sloeg de deur dicht, en draaide zich om naar de vrouw, die hij met grote ogen van verbazing aankeek. Dit had hij nog niet meegemaakt…


//Je was met net voor Colin XD Ik hoop dat ik nog wel bij mag?
Terug naar boven Ga naar beneden
Gesponsorde inhoud





Luck is not on my side Empty
BerichtOnderwerp: Re: Luck is not on my side   Luck is not on my side Empty

Terug naar boven Ga naar beneden
 
Luck is not on my side
Terug naar boven 
Pagina 1 van 1

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
DeathWalker :: California :: Bakersfield-
Ga naar: